Aan de slag in het mbo
Als docent of instructeur in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) draag je je liefde voor je vak over aan mensen die vaak aan het begin staan van hun loopbaan. Jij deelt je kennis met studenten die kiezen voor een beroep.
Mbo-scholen staan met één been in het werkveld van de opleidingen die zij aanbieden. Mbo-studenten doen vakinhoudelijke kennis en praktijkervaring op. Deze combinatie maakt het mbo uniek. Die mix van kennis en praktijk zie je ook terug in de onderwijsteams. Veel docenten en instructeurs die lesgeven in het mbo, komen uit het werkveld waarvoor zij studenten opleiden.
Het mbo
Bijna 500.000 studenten volgen een opleiding in het mbo. Het mbo leidt studenten, jongeren én volwassenen op voor een beroep en bereidt hen voor op hun toekomst in de maatschappij.
Het mbo leidt op voor:
- een vak,
- een vervolgopleiding,
- en goed burgerschap.
Het mbo kent vier verschillende niveaus en bestaat uit veel verschillende studierichtingen waardoor het onderwijs toegankelijk is voor een brede doelgroep. Er zijn drie soorten mbo-scholen:
- regionale opleidingscentra (roc’s) met een breed onderwijsaanbod,
- agrarische opleidingscentra (aoc’s) met opleidingen op het gebied van voeding, klimaat en welzijn van mens en dier,
- en vakscholen die specialistische opleidingen aanbieden.