dinsdag 30 mei 2023
#mboinvloed: ‘Het is belangrijk om het mbo extra in de schijnwerpers te zetten’
Mbo-student Menno Adelaar (18) schreef op verzoek van de gemeente Utrecht mee aan een plan voor meer waardering voor mbo’ers in zijn stad. “Maak het mbo tastbaar.”
Leestijd: 5 minuten
Hij is net 18 jaar, toch heeft Menno Adelaar al behoorlijk wat bestuurservaring. Als vmbo-leerling zat hij in de leerlingenraad, in de medezeggenschapsraad en was hij bestuurslid van het LAKS, het Landelijk Aktie Komitee Scholieren. “Ik vond het belangrijk om vmbo’ers een stem te geven. Havo- en vwo-leerlingen praten sneller mee over allerlei thema’s. Ze zijn meestal wat ouder en daardoor verder in hun ontwikkeling. Al betekent dit niet dat vmbo’ers geen mening hebben. Ze hebben gewoon minder vaak hun woordje klaar.”
Leuke studie, leuke studiegenoten
“Na het vmbo ben ik naar het mbo gegaan”, vervolgt Menno. “Ik wilde graag praktisch aan de slag met onderwerpen waar je wat aan hebt. Journalistiek vond ik altijd al interessant, dus koos ik voor de opleiding Communicatie en Marketing aan het Grafisch Lyceum in Utrecht. Het bevalt me prima. Ik doe een leuke studie en heb leuke studiegenoten.”
Meeschrijven aan plan
Ook als mbo-student zet Menno zich in voor anderen, in dit geval namens ‘MBO-sr030’, de overkoepelende studentenraad van Utrechtse mbo-instellingen. “Binnen het mbo moeten bepaalde dingen écht veranderen. Zoals het feit dat mbo’ers niet welkom zijn in studentenkroegen. Of niet mogen meedoen aan introductie- en sportactiviteiten. Toen wethouder Dennis de Vries me vroeg om mee te schrijven aan het nieuwe mbo-uitvoeringsplan van Utrecht, waarin onder meer deze thema’s aan bod komen, zei ik meteen ‘ja’.”
Gratis apps
Met het plan wil de gemeente ervoor zorgen dat mbo’ers een gelijkwaardigere positie krijgen ten opzichte van hbo’ers en universiteitsstudenten. Onder meer door het geven van betere studiekeuze-informatie, een gerichtere afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt en het tegengaan van stagediscriminatie. Menno: “Zelf ben ik een groot voorstander van een eerlijker gebruik van studentenkortingen. Mbo-studenten lopen nu allerlei voordelen mis, terwijl ze er wél recht op hebben. Gelukkig spelen verschillende initiatieven hierop in. Zo zijn sommige apps waarmee hbo- en wo-studenten korting krijgen op producten en diensten, nu ook gratis beschikbaar voor mbo’ers.”
Basis voor goede baan
“Met een mbo-diploma kun je fantastisch toewerken naar een goede baan, een mooi salaris en een fijne toekomst. Alleen weet niet iedereen dat”, gaat Menno verder. “Daarom staat er ook in het plan dat de gemeente de termen ‘hoger en lager opgeleid’ niet meer gebruikt. Veel mbo-studenten krijgen de vraag of ze echt ‘niet beter of hoger kunnen’. Ook ik. Ik weet nog dat op mijn cito-uitslagformulier stond dat 90% van alle leerlingen beter had gescoord dan ik. Raar toch? We moeten af van die haast logische manier van denken en beoordelen. Eigenlijk zegt het helemaal niets.”
Mooie dingen laten zien
Daarom is het belangrijk, volgens Menno, om het mbo extra in de schijnwerpers te zetten. “Laat mooie dingen zien, vertel het eerlijke verhaal, maak het mbo tastbaar. Bijvoorbeeld door mbo’ers, hbo’ers en wo’ers samen projecten uit te laten voeren waar ze hun specifieke talenten tonen. Of door nog meer tijd en aandacht te besteden aan de persoonlijke ontwikkeling van studenten. Ik help graag mee!”
Leestijd: 5 minuten
Hij is net 18 jaar, toch heeft Menno Adelaar al behoorlijk wat bestuurservaring. Als vmbo-leerling zat hij in de leerlingenraad, in de medezeggenschapsraad en was hij bestuurslid van het LAKS, het Landelijk Aktie Komitee Scholieren. “Ik vond het belangrijk om vmbo’ers een stem te geven. Havo- en vwo-leerlingen praten sneller mee over allerlei thema’s. Ze zijn meestal wat ouder en daardoor verder in hun ontwikkeling. Al betekent dit niet dat vmbo’ers geen mening hebben. Ze hebben gewoon minder vaak hun woordje klaar.”
Leuke studie, leuke studiegenoten
“Na het vmbo ben ik naar het mbo gegaan”, vervolgt Menno. “Ik wilde graag praktisch aan de slag met onderwerpen waar je wat aan hebt. Journalistiek vond ik altijd al interessant, dus koos ik voor de opleiding Communicatie en Marketing aan het Grafisch Lyceum in Utrecht. Het bevalt me prima. Ik doe een leuke studie en heb leuke studiegenoten.”
Meeschrijven aan plan
Ook als mbo-student zet Menno zich in voor anderen, in dit geval namens ‘MBO-sr030’, de overkoepelende studentenraad van Utrechtse mbo-instellingen. “Binnen het mbo moeten bepaalde dingen écht veranderen. Zoals het feit dat mbo’ers niet welkom zijn in studentenkroegen. Of niet mogen meedoen aan introductie- en sportactiviteiten. Toen wethouder Dennis de Vries me vroeg om mee te schrijven aan het nieuwe mbo-uitvoeringsplan van Utrecht, waarin onder meer deze thema’s aan bod komen, zei ik meteen ‘ja’.”
Gratis apps
Met het plan wil de gemeente ervoor zorgen dat mbo’ers een gelijkwaardigere positie krijgen ten opzichte van hbo’ers en universiteitsstudenten. Onder meer door het geven van betere studiekeuze-informatie, een gerichtere afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt en het tegengaan van stagediscriminatie. Menno: “Zelf ben ik een groot voorstander van een eerlijker gebruik van studentenkortingen. Mbo-studenten lopen nu allerlei voordelen mis, terwijl ze er wél recht op hebben. Gelukkig spelen verschillende initiatieven hierop in. Zo zijn sommige apps waarmee hbo- en wo-studenten korting krijgen op producten en diensten, nu ook gratis beschikbaar voor mbo’ers.”
Basis voor goede baan
“Met een mbo-diploma kun je fantastisch toewerken naar een goede baan, een mooi salaris en een fijne toekomst. Alleen weet niet iedereen dat”, gaat Menno verder. “Daarom staat er ook in het plan dat de gemeente de termen ‘hoger en lager opgeleid’ niet meer gebruikt. Veel mbo-studenten krijgen de vraag of ze echt ‘niet beter of hoger kunnen’. Ook ik. Ik weet nog dat op mijn cito-uitslagformulier stond dat 90% van alle leerlingen beter had gescoord dan ik. Raar toch? We moeten af van die haast logische manier van denken en beoordelen. Eigenlijk zegt het helemaal niets.”
Mooie dingen laten zien
Daarom is het belangrijk, volgens Menno, om het mbo extra in de schijnwerpers te zetten. “Laat mooie dingen zien, vertel het eerlijke verhaal, maak het mbo tastbaar. Bijvoorbeeld door mbo’ers, hbo’ers en wo’ers samen projecten uit te laten voeren waar ze hun specifieke talenten tonen. Of door nog meer tijd en aandacht te besteden aan de persoonlijke ontwikkeling van studenten. Ik help graag mee!”
